Tagore: Het onderwijs van de vogel

‘Er leefde eens een vogel, die heel erg onwetend was. Zingen kon hij wel heel mooi, maar hij had bijvoorbeeld nooit geleerd geschriften uit zijn hoofd op te zeggen. Hij sprong wel vaak vrolijk rond, maar manieren had hij niet.’

De Radja van het immense rijk zag dit en zei bij zichzelf: ‘Onwetendheid kost al te veel geld. De dwaas eet hetzelfde als de wijze, maar geeft daar niets voor terug.’ Hierop riep hij zijn belangrijkste adviseurs bij zich en beval dat de vogel onderwezen moest worden en op zijn minst spreekles moest krijgen.

Geleerden werden verzameld en gaven na onderzoek aan dat de onwetendheid van de vogel vooral kwam doordat hij in een armoedig nest leefde. Direct lieten de adviseurs een prachtige gouden kooi bouwen. Zowel de geleerden als de goudsmeden werden met goud overladen als dank voor hun inzet.

Van heinde en verre kwamen uit alle uithoeken van het rijk mensen kijken naar de vogel en zijn gouden kooi. En ze prezen de vogel gelukkig met zo’n prachtige kooi en met zoveel aandacht voor zijn onderwijs.

De geleerden die verantwoordelijk waren voor het onderwijs van de vogel besloten dat allereerst de juiste boeken geschreven moesten worden om de vogel te kunnen onderwijzen. Schrijvers werden ingehuurd die onnoemlijk veel boeken schreven. Zij schreven zelfs boeken over de boeken, tot de cultuur zich had opgestapeld tot aan het plafond. De schrijvers werden met goud beladen als dank voor hun inzet.

De adviseurs van de Radja waren constant druk om de kooi en alles daar om heen in goede orde te houden. Zo bouwden zij om de kooi heen bijvoorbeeld een gigantisch paleis voor al de dienaren met hun gezinnen die waren aangesteld om alles om het onderwijs heen te organiseren. Toen de mensen dit allemaal zagen zeiden ze vol verbazing: ‘Dit is nou echte vooruitgang!’

De ijzeren keten (door Abanindranath Tagore)

Alleen de bedelaas zagen dat iedereen die rondom de kooi aan het werk was er beter van werd, behalve de vogel zelf. Toen de Radja dit gerucht hoorde vroeg hij aan zijn adviseurs of dat echt zo was. Die zeiden tegen de Radja: ‘Sire, de waarheid kunt u beter vragen aan de geleerden, aan de schrijvers en de inspecteurs. Doordat er voor bedelaars doorgaans weinig te eten is, zijn zij ook erg hard met hun oordeel.’ De Radja vond dit een prachtig antwoord en belaadde zijn adviseurs als dank met goud.

Uiteindelijk wilde de Radja zelf wel eens zien hoe het stond met het onderwijs van zijn vogel. In een grote parade van olifanten verscheen hij bij het paleis van het onderwijs. Het was er een drukte van belang. Rondom de kooi waren veel muzikanten bezig de mooiste muziek te maken. Onderwijzers waren bezig om elkaar te onderwijzen in het onderwijs en dienaren liepen af en aan om alles te organiseren. De Radja was erg onder de indruk van alles en van het feit dat er geen enkel gebrek bleek te zijn aan de hele organisatie.

Ook van de vogel zelf hoorde men geen enkele klacht. Zijn keel was zo vol gepropt met bladzijden uit verschillende boeken, dat hij ook niet meer kon praten of fluiten. Toch kreeg zo nu en dan de natuur weer even de overhand bij de vogel en dan pikte hij aan de tralies van zijn gevangenis.

De bewaker die dat zag sprak de vogel toe en vertelde hem dat dat erg brutaal en zelfs ondankbaar was. De volgende dag kwam de goudsmid aan met een gouden ketting, waarmee de vogel werd vastgeklonken. Zowel de bewaker als wederom de goudsmid werden beladen met goud als dank voor hun inzet.

De vogel werd voortaan op striktere wijze onderwezen. Met de stok in de ene hand en een boek in de andere.

Op een dag ontdekten de onderwijzers dat de vogel dood was gegaan. Niemand wist precies hoe lang geleden dit was gebeurd. Toen de Radja dit hoorde liet hij zijn adviseurs de vogel bij hem brengen.

De adviseurs brachten hem de vogel met de woorden: ‘Sire, het onderwijs van de vogel is voltooid.’ Toen de Radja de vogel in zijn handen nam en met zijn vingers het dode beestje aaide, was alleen het geritsel van boekbladeren te horen.

De Radja (door Abanindranath Tagore)

Dit verhaal werd in Nederland uitgebracht in 1922 onder de titel ‘De leerschool van den papegaai’.

Meer lezen? Lees dan het artikel ‘Kennismaking met een hindoe poëet’