De illusie

In mij sluimert constant het besef dat dit niet alles is. De retorische vraag kan achterwege gelaten worden, want mijn antwoord zou negatief zijn. Ik ben doordrongen van het bewustzijn dat dit een droom is. Een illusie die ik zelf uitspeel.

Het is niet zo dat dit besef diep weggestopt zit in mijn zijn, onder lagen alledaagse gedachten en ideeën, waar ik alleen bij zou kunnen komen na langdurige meditatie. Het ligt er gewoon altijd bovenop. Alsof ik bij elke gedachtestroom die ik aanga, eerst langs het idee moet dat dit een spel is, waarvan ik zelf de regels bepaal.

Wanneer ik naar de supermarkt loop, door de straat waar ik woon, langs de troep die we om ons heen achterlaten, bekruipt me het verdriet waarmee ik mijn illusie zie vergaan. De maan schijnt zachtjes door de mistige avond en verlicht mijn zijn. Ik glimlach om het besef dat het vuilnis en de maan van hetzelfde zijn. Beiden spelen slechts een rol in het toneelstuk dat mijn leven heet. Het stille zijn is mij genoeg. Meestal.

Hoe moet dit spel nu verder? De illusie doorzien, de tovenaar ontmaskert. Ben ik dan de tovenaar? Het creatuur van mijn zelf? En, stel dat ik dit beamen zou, welk spel wil ik dan spelen? Wat wordt mijn illusie?

Het zijn nou niet bepaald noemenswaardige dingen die ik zou veranderen. Ik ben een tevreden mens. Mijn leven is gevuld met vrijheid, eenvoud en liefde. Er hoeft niets bij, of af voordat het goed is. Het mist slechts focus.

Met een gescherpte geest kan ik mijn droom richten op de beoefening van yoga en op het schrijven van de woorden in mijn denken. Een wilskracht die zich niet laat afleiden door de kleine en lieflijke verleidingen die zich aanbieden in de coulissen. Als chocolade in een week van vasten.

Hier kom ik dan uiteindelijk bij de illusie die ik mijzelf voorhoud. Een illusie kan in zichzelf nooit incompleet zijn. Het kan een slechte illusie zijn, die zichzelf blootgeeft, en daarmee niet slaagt om zichzelf als zodanig neer te zetten. Maar des te meer degene die de illusie ondergaat vasthoudt aan de waarheid van hetgeen gepresenteerd wordt, des te geslaagder is de illusie in zichzelf.

Focus, wilskracht, een gescherpte geest. Slechts woorden die voortstromen uit mijn denken. Illusies. In mijn spel ben ik de creator en de speler. De schepper van de illusie en tevens de illusie.

Mijn illusie is slechts klein. Mijn huis en gezin, mijn straat en de supermarkt. Mijn werk, collega’s en eenvoudige interesses. En jouw illusie zal niet veel groter zijn. Onze eigen kleine werelden worden gevormd door ons zelf. En daar waar onze werelden raken, vormen wij die samen.

Laten wij dan samen een wereld creëren, een wonderlijke illusie.

Het hoeft niet groots te zijn. Twee kopjes thee, een beetje chocolade, een goed gesprek bij een vuur. En het samen weten dat we meer zijn dan een op het toneel geplaatste lichamelijkheid. Verstopt in mijn binnenste zweeft mijn ik, zich lavend aan de eeuwigheid. Diep in jou woont het zijn, gelijk een myriade van sterren.

Deel met mij de illusie van gedachten, meningen, ideeën, concepten bij vuur en thee. Raak mij aan en weet dat slechts huid en vlees, bloed en gal, ons scheiden. Wij zijn immers van dezelfde, eeuwige, oneindige grootsheid, die in ons sluimert en door onze droom heen het verlangen schreeuwt, gewekt te worden. Wek mij, dan wek ik jou, mijn lief.